Koninklijk Park 1
Tijdens de bezetting fungeert Paleis Het Loo als herstellingsoord (Erholungsheim) en oorlogshospitaal. Daarnaast zijn in de zijvleugels soldaten ingekwartierd, nemen SS-officieren SS-officieren intrek in de vertrekken van koningin Wilhelmina en zijn troepen van de Waffen-SS Waffen-SS in de koninklijke stallen gelegerd.
Het paleis komt als locatie voor de Nederlandse departementen ter sprake wanneer het bezettingsbestuur in 1943 vanuit Den Haag naar het oosten verhuist. Uit correspondentie blijkt dat Seyss-Inquart het paleis in gebruik geeft aan de Wehrmacht Wehrmacht.
Stallen gebombardeerd
Het noordelijk paviljoen van de stallen wordt op 4 november 1944 door Britse jachtvliegtuigen gebombardeerd en volledig vernietigd. De gewonde soldaten worden ondergebracht in de schuilkelder bij Paleis Het Loo, waar ze met bed en al ingereden kunnen worden.
Voor zowel de Duitse als Nederlandse nazi-top is Het Loo een ware trekpleister. Op de nabijgelegen kroondomeinen worden regelmatig jachtwedstrijden gehouden, waarbij Seyss-Inquart, Rauter en Demelhuber Demelhuber aanwezig zijn.
Bossen voor Wehrmacht-doeleinden gerooid
In de bossen rond Hoog-Soeren wordt munitiedepot Mia aangelegd. Burgemeester Pont verklaart dit deel tot Sperrgebiet Sperrgebiet en sluit verschillende wegen van en naar de bossen af. Door deze ontwikkelingen maakt Karel Frederiks (secretaris-generaal van Binnenlandse Zaken) zich zorgen om de bossen rond Het Loo. Hij schrijft Seyss-Inquart een brief waarin hij de belangrijke historische waarde benadrukt. Deze (vertaalde) brief begint hij als volgt: “Het is met grote ontzetting dat ik het nieuws heb vernomen dat de bossen die voor Wehrmacht-doeleinden worden gerooid, ook die van Het Loo omvatten.” Of Seyss-Inquart op de brief reageert, is onbekend. Feit is wel dat de bossen niet gerooid worden.
Prins Bernhard vertrekt op 5 mei 1945 overigens in de auto van Seyss-Inquart, die nog op Paleis Het Loo staat, naar Wageningen om de capitulatieonderhandelingen bij te wonen.